Een zeldzaam moment van sportiviteit in de Tour de France, maar wel één met veel betekenis. Nadat Tadej Pogacar woensdag in de finale van etappe 11 ten val kwam, besloten zijn concurrenten in het klassement – onder wie Visma | Lease a Bike – niet door te trekken. De Sloveen kon zo zonder tijdverlies terugkeren. En hoewel hij daar publiekelijk dankbaar voor was, liet Matteo Jorgenson achteraf subtiel merken dat het stilaan ook wat minder mocht met de kritiek van Pogacar richting zijn team.

Op een paar kilometer van de finish ging Pogacar onderuit, nadat hij het achterwiel raakte van Tobias Halland Johannessen (Uno-X). Zijn ketting lag eraf en hij stond stil – een penibel moment, zeker zo dicht bij de streep. Toch besloten Remco Evenepoel, Jonas Vingegaard, en de rest van de favorietengroep het tempo te laten zakken. Pogacar reed terug en bedankte zijn rivalen kort nadien. “Ze hadden tijd kunnen pakken, maar ze deden het niet. Heel veel respect voor iedereen, dankjewel allemaal,” klonk het onder meer bij NOS.

Jorgenson, zelf vlak voor het incident, bevestigde dat het om een gezamenlijke beslissing ging. “Ik hoorde een valpartij, al wist ik niet meteen dat het Pogacar was. Maar we beslisten samen om te wachten. Dat was het sportieve om te doen.”

Toch hield Jorgenson het daar niet bij. De Amerikaan had duidelijk onthouden wat Pogacar de voorbije week allemaal gezegd had over Visma | Lease a Bike. De Sloveen noemde hun tactiek meerdere keren “onsportief”, “irritant” en begreep niets van hun keuzes. “Ik denk dat hij na al die beschuldigingen nu wel mag zien dat we hem op een eerlijke manier willen verslaan,” zei Jorgenson. “Dat soort uitspraken had ik nooit eerder van hem gehoord. Misschien dat hij ons vanaf nu iets meer vertrouwt… en wat minder gaat praten.”

De sfeer tussen de topfavorieten blijft sportief, maar het is duidelijk dat de onderhuidse spanningen toenemen. Visma | Lease a Bike hield zich woensdag aan de ongeschreven regels van het peloton, maar zal de woorden van Pogacar zeker niet vergeten zijn. Of zoals Jorgenson het samenvatte: “We willen hem verslaan – maar wel sportief.”