Een 28‑jarige transgender vrouw uit de Verenigde Staten die naar Nederland vluchtte, kreeg geen asiel omdat de Nederlandse overheid de VS als veilig land beschouwt. De vrouw heeft bezwaar aangetekend en gaat woensdag naar de rechter in wat LGBT Asylum Support omschrijft als de eerste Nederlandse rechtszaak van dit type. De belangenorganisatie vraagt om een ambtsbericht over de actuele situatie in de VS, omdat zo’n officieel rapport ontbreekt en volgens haar de omstandigheden voor transgender- en queerpersonen „extreem verslechterd” zijn.
De zaak speelt tegen de achtergrond van beleidswijzigingen in de VS onder president Trump: de federale overheid erkent formeel nog twee geslachten, financiering voor transgenderzorg voor jongeren is geschrapt, termen als ‘genderidentiteit’ zijn gebannen en regenboogvlaggen zijn in overheidsgebouwen verboden. In enkele conservatieve staten gaan maatregelen verder, met voorbeelden als pogingen om bepaalde kapsels bij kinderen te verbieden. Organisaties signaleren ook een toename van haatmisdrijven.
Asiel aanvragen vanuit westerse landen is in Nederland lastig: de IND stelt strenge eisen en accepteert doorgaans alleen wie ernstige vervolging of onmenselijke behandeling vreest. Toch neemt het aantal Amerikaanse asielzoekers toe; in april waren de aanvragen al hoger dan eerder dit jaar. Sommige Amerikanen zoeken alternatieve routes, bijvoorbeeld via het Dutch‑American Friendship Treaty (DAFT): ondernemers die zich inschrijven bij de Kamer van Koophandel en een bedrijfsplan hebben, komen in aanmerking voor een verblijfsvergunning. Een kantoor dat hierbij helpt meldt sinds de herverkiezing van Trump een duidelijke stijging van aanvragen, veelal uit de lhbtq‑gemeenschap.
LGBT Asylum Support wijst op een Canadese rechtbanksuitspraak die de uitzetting van een non‑binaire Amerikaan staakte, en waarschuwt dat ook Nederland, ondanks zijn liberale reputatie, niet immuun is voor geweld tegen lhbtq‑personen: CBS‑cijfers tonen dat in 2023 tien procent van lhbtqia‑mensen slachtoffer werd van geweld, tegenover zes procent in de totale bevolking.
