In een gemeente in Nederland is een flinke discussie ontstaan over de opvang van asielzoekers.

Het college van burgemeester en wethouders heeft in een brief aan demissionair minister David van Weel (Asiel en Migratie) laten weten dat het geen mogelijkheden ziet om 635 asielzoekers op te vangen.
Volgens de gemeente ontbreekt een duidelijke onderbouwing voor dit aantal en is er simpelweg geen ruimte voor zo’n grote taak.
Daarmee zet deze gemeente zich nadrukkelijk af tegen de landelijke plannen en de uitvoering van de Spreidingswet.
Spreidingswet en taakverdeling onder druk
Het aantal van 635 plekken dat Westland volgens het ministerie zou moeten realiseren, komt voort uit de Spreidingswet.
Deze wet is bedoeld om de opvangcapaciteit eerlijker te verdelen over alle Nederlandse gemeenten.
Omdat sommige gemeenten succesvol bezwaar hebben gemaakt tegen hun oorspronkelijke taakstelling, zijn de cijfers elders verhoogd. Voor Westland betekende dat een stijging van 617 naar 635 plekken.
Het gemeentebestuur reageert fel en zegt dat deze uitbreiding niet onderbouwd is. “Wij missen de argumentatie waarom dit aantal naar boven is bijgesteld,” aldus de brief.
Voor de gemeente voelt het alsof Den Haag willekeurig met aantallen schuift, zonder rekening te houden met de realiteit ter plaatse.
Westland draagt al een zware last
Een van de belangrijkste argumenten die Westland aanhaalt, is dat de gemeente al uitzonderlijk veel opvangtaken op zich heeft genomen.
Op dit moment verblijven er ruim 2.000 vluchtelingen uit Oekraïne binnen de gemeentegrenzen. Daarnaast wonen er zo’n 5.000 arbeidsmigranten, met nog eens 3.000 woonplekken in voorbereiding.
Ook voor statushouders heeft Westland de afgelopen jaren fors ingegrepen. Sinds november 2022 worden er versneld statushouders naar de gemeente gehaald.
Hiervoor werd zelfs een hotel opgekocht dat nu als opvangvoorziening wordt gebruikt. In totaal zijn er in drie jaar tijd al 450 statushouders ondergebracht.
Volgens de gemeente wordt dit allemaal niet meegenomen in de berekeningen van het ministerie.
Dat voelt niet eerlijk, stelt het college, omdat Westland op die manier dubbel wordt belast: naast het bieden van reguliere opvang moet de gemeente ook extra taken uitvoeren zonder dat dit meetelt bij de landelijke verdeling.
Beperkte bereidheid: 140 plekken aangeboden
Westland geeft wel aan dat er een zekere bereidheid is om mee te werken, maar dan in veel beperktere vorm.
In september 2024 liet de gemeente weten dat zij bereid is om ongeveer 140 asielzoekers op te vangen. Dat komt neer op ongeveer twintig procent van de toenmalige taakstelling van 702.
Dat aanbod staat in principe nog steeds. De gemeente benadrukt echter dat dit alleen haalbaar is als er duidelijke afspraken worden gemaakt over de randvoorwaarden.
Daarbij gaat het om financiële steun, veiligheid, inzet van extra voorzieningen en duidelijke afspraken met het Rijk.
Zonder die voorwaarden is uitbreiding volgens Westland onbespreekbaar.
Kritiek op beleid vanuit Den Haag
Naast de praktische bezwaren uit Westland ook fundamentele kritiek op het landelijke beleid. Het kabinet wil de Spreidingswet intrekken, maar tegelijk het budget voor Asiel en Migratie fors verlagen.
Waar er in 2025 nog 9,5 miljard euro beschikbaar is, moet dat bedrag in 2029 zijn teruggebracht tot 1,2 miljard euro.
Volgens de gemeente is het op deze manier onmogelijk om duurzame opvanglocaties op te zetten. “Het Rijk vraagt gemeenten structureel opvang te organiseren, maar trekt zich financieel juist terug.
Dat is niet realistisch,” stelt het college. De combinatie van hoge eisen en minder geld maakt dat veel gemeenten het gevoel hebben met de rug tegen de muur te staan.
Andere gemeenten worstelen ook
Westland is niet de enige gemeente die moeite heeft met de uitvoering van de Spreidingswet.
In het hele land klinken vergelijkbare geluiden. Sommige gemeenten onderhandelen nog over aantallen en locaties, terwijl anderen de taakstelling ronduit afwijzen.
Voor minister Van Weel betekent dit dat het draagvlak voor de wet verder afbrokkelt. Het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) heeft al gewaarschuwd dat de capaciteit dit najaar niet voldoende is om de instroom op te vangen.
Als meerdere gemeenten zich verzetten, dreigt een structureel tekort aan opvangplekken en neemt de druk op de bestaande locaties alleen maar toe.
De nationale context van het asielbeleid
Het asieldossier is al jaren een hoofdpijndossier in Den Haag. Telkens weer blijkt dat de instroom groter is dan de opvangcapaciteit.
Daardoor ontstaan situaties waarin asielzoekers op veldbedden in sporthallen of zelfs buiten bij aanmeldcentra moeten slapen.
De Spreidingswet werd gepresenteerd als een oplossing om de lasten eerlijker te verdelen en te voorkomen dat de druk op een paar gemeenten te groot wordt. Maar nu steeds meer gemeenten weerstand bieden, lijkt ook dit instrument te stranden in de praktijk.
Voorstanders van de wet benadrukken dat solidariteit noodzakelijk is, tegenstanders vinden dat de lokale draagkracht wordt overschreden.
Westland zet de hakken in het zand
Met de brief aan de minister maakt Westland duidelijk dat de grens is bereikt. Het college noemt de cijfers onrealistisch en ongefundeerd en stelt dat de gemeente al bovengemiddeld veel opvangverantwoordelijkheid draagt.
Met het aanbod van 140 plekken wil de gemeente constructief meedenken, maar 635 plekken vindt men absoluut onhaalbaar.
Het is nu aan het ministerie van Asiel en Migratie om te bepalen hoe hiermee wordt omgegaan.
Wordt het aantal alsnog aangepast, of probeert Den Haag via juridische en bestuurlijke middelen de gemeente te dwingen? Die vraag zal de komende weken moeten worden beantwoord.
Een botsing tussen lokaal en landelijk bestuur
Het conflict in Westland laat zien hoe groot de kloof tussen lokaal en landelijk bestuur kan zijn.
Gemeenten moeten opvang regelen, maar krijgen te maken met ruimtegebrek, hoge woningdruk en een tekort aan voorzieningen. Het Rijk stelt regels en eisen, maar verlaagt tegelijkertijd de financiële middelen.
Voor inwoners van Westland betekent dit dat de discussie over asielopvang direct zichtbaar wordt in hun leefomgeving.
Niet alleen gaat het om opvanglocaties, maar ook om woningen, voorzieningen en de druk op de lokale gemeenschap. Het is begrijpelijk dat dit tot spanningen leidt, zeker in een gemeente die al veel opvangtaken uitvoert.
Conclusie: strijd nog niet beslecht
De weigering van Westland om 635 asielzoekers op te vangen is een duidelijk signaal richting Den Haag.
De gemeente vindt dat de aantallen niet realistisch zijn, wijst op de zware lasten die ze al draagt en kiest ervoor om vast te houden aan het eerdere aanbod van 140 plekken.
Of dat genoeg zal zijn om een conflict met de minister te vermijden, is onzeker. Wat wel duidelijk is, is dat de Spreidingswet in de praktijk steeds meer weerstand oproept.
Gemeenten worstelen met hun draagkracht, terwijl de opvangnood in Nederland nog altijd groot is.
De komende maanden zal blijken of Den Haag gemeenten als Westland kan overtuigen of dwingen om meer opvangplekken te realiseren.
Tot die tijd blijft de spanning tussen lokaal en landelijk bestuur groeien en hangt de toekomst van het Nederlandse asielbeleid aan een zijden draadje.