Leersum – Bij graafwerkzaamheden naast de Michaëlkerk in Leersum zijn menselijke botten en een schedel gevonden. Alles wijst er op dat het gaat om een graf van meer dan honderd jaar oud: “Het was een oudere vrouw.”

Robert Hoegen is archeoloog en maakt het met zijn bedrijf Ex Situ regelmatig mee. Bij dergelijke graafwerkzaamheden in de directe nabijheid van kerken wordt weleens wat gevonden. “Soms vind je zelfs skeletten uit de 13e eeuw.”

Bij de werkzaamheden worden er mantelbuizen geplaatst voor stroomkabels, daarvoor wordt de Rijksstraatweg deels opengebroken. De werklui vonden zeker twee botten en een schedel. En dus werd eerst de forensische opsporing opgeroepen, zij concludeerden al snel dat het ging om zeer oude botten van mogelijk voor 1920. “In dit geval was niet bekend tot hoever de erfgrens van de kerk gelopen heeft, meestal ligt iedereen binnen de hekken”, vertelt Hoegen.

Mogelijk na 1850 begraven

Hij moest vervolgens aan de slag om het geheel te documenteren. “We hebben later nog een aantal losse botten gevonden van geroerde graven.” En er zijn nog meer graven gevonden: “Het bleek er niet één, maar zelfs drie of mogelijk vier te zijn. Ze lagen een beetje door elkaar, dat gebeurt weleens.” En de graven lagen van het noorden naar het zuiden, een eerste belangrijke aanwijzing voor Hoegen om te bepalen hoe oud het graf is.

“Katholieken werden vroeger met het hoofd naar het westen en met de voeten naar het oosten begraven. Dat had te maken met de wederopstanding van Christus, dan hadden ze het gezicht naar het oosten gericht. Dat deed men steeds minder na 1850. Dat zegt ons dat het waarschijnlijk graven zijn uit de 19e eeuw.” De graven die later vandaag door Hoegen zijn ontdekt, zijn verder met rust gelaten. Daar kan omheen gewerkt worden.

De schedel die nu is gevonden behoorde toe aan een oudere vrouw, vermoedt Hoegen. “Dat kun je zien aan de dikte van de schedel, die is bij een vrouw vaak dunner, de kaken zijn ook minder zwaar. Het gebit van de vrouw was versleten, dat was goed te zien.”

Inmiddels kunnen de werklui hun werk morgen weer oppakken: “Ik denk niet dat ze nog iets gaan vinden. Ik heb gedocumenteerd hoe ze er lagen en de rapportage is gemaakt.”