Nieuwegein – De steekpartij in Nieuwegein waarbij het 11-jarige meisje Sohani om het leven kwam, had voorkomen kunnen worden, betoogt de advocaat van verdachte Hamzah L. vandaag in de rechtbank. L. zou “eufemistisch gezegd” niet in goede doen zijn geweest en dat had – zo ziet zijn advocaat dat – de politie moeten signaleren. Toch worden de extra verzoeken die de advocaat doet vandaag door de rechtbank afgewezen.

Op 1 februari werd de 11-jarige Sohani in Nieuwegein tijdens het buitenspelen met vriendinnetjes in haar borst gestoken. Een van de kinderen belde nog naar 112. De hulpdiensten troffen Sohani in levensbedreigende toestand aan, ze was niet meer te redden. Eerder zei L. in de rechtbank dat hij een zware psychose had tijdens de daad.

In een vrij lege zaal in de Utrechtse rechtbank legt de advocaat van L. uit waarom hij nog meer wil weten over de psychische toestand van zijn cliënt, op de dag dat Sohani werd neergestoken. “Hij ziet demonen”, aldus advocaat Bert Kortz. De rechter reageert daarop: “Die zijn er toch niet?”

Poging tot lagere straf

Hamzah L. is er zelf niet bij vandaag. Ook de nabestaanden van Sohani blijven thuis. Over hoe de steekpartij kon gebeuren wordt deze middag niet veel meer duidelijk. Dat wordt over een half jaar besproken, op 20 januari. Toch komt de rechtbank bijeen om een update over de zaak te geven. De advocaat van L. maakt van de gelegenheid gebruik om extra wensen in te dienen. Hij wil bijvoorbeeld beter in kaart brengen waarom de politie zijn cliënt niet eerder heeft vastgehouden.

Zo heeft advocaat Kortz het over de mogelijke mishandeling die L. eerder op 1 februari deed. Hij zou een vrouw hebben belaagd en zij heeft daarna de politie gebeld. De politie hield L. daarna staande, maar liet hem ook weer gaan. De belaagde vrouw herkende L. namelijk niet op de foto die haar werd getoond. “Als hij was vastgehouden, zou het allemaal niet gebeurd zijn”, aldus Kortz. “Die verantwoordelijkheid kan niet alleen bij mijn cliënt gelegd worden. Ik vind dat dat een strafverzachtende omstandigheid kan zijn.”

Het is een poging van L.’s advocaat om strafvermindering te krijgen. Dat de Nieuwegeinse verdachte een straf krijgt, staat wel vast: L. gaf in een vorige zitting toe dat hij Sohani doodstak terwijl hij “in een psychose” verkeerde.

‘Wat als-gevoel’

De officier van justitie snapt het verzoek van de advocaat niet: wil de advocaat nu deels de schuld leggen bij de twijfel van de vrouw die mogelijk is mishandeld? Volgens de officier vraagt de vrouw zich nog steeds af, waarom ze twijfelde of L. het wel of niet was. Zij voelt nu een groot ‘wat als’-gevoel. Had zij Hamzah L. herkend en was hij daarna opgepakt, was Sohani dan niet neergestoken? De advocaat van L. beargumenteert dat dat klopt, maar daar is de rechter het niet mee eens. Het verzoek om de vrouw te spreken, wijst hij af.

Advocaat Kortz zegt dat Hamzah L. mogelijk in een “soort psychische overmachtssituatie” terecht is gekomen, toen hij Sohani op straat zag spelen. Dat zijn psychose ervoor heeft gezorgd dat L. “min of meer” geen andere keuze had dan haar iets aan te doen. “Ik wil dat een psychiater dat gaat uitzoeken.” Waarop de rechter reageert: “Zegt u nou dat u wil onderzoeken of hij onder invloed van demonen heeft gehandeld?”

Vrijwel alle verzoeken van de advocaat van L. worden afgewezen.

De verdachte blijft voorlopig nog in hechtenis. Tot eind juli wordt hij onderzocht in het Pieter Baan Centrum en een volgende voorbereidende zitting is gepland, op 2 oktober.