Het slachtoffer werd rond 21 uur aangevallen in een woning aan de Nieuwe Hamelstraat in de Rotterdamse wijk Oude Noorden.

Toegesnelde politieagenten probeerden het slachtoffer zo snel mogelijk te bevrijden. Daarbij werd op één van de dieren geschoten. Toen het slachtoffer los was, begonnen de hulpverleners met reanimeren. De hulp mocht echter niet meer baten: de man overleed ter plaatse.

De twee honden zijn na het bijtincident afgemaakt, meldt de politie. Het is nog onduidelijk hoe het kon gebeuren. De politie doet onderzoek.

In de met politielint afgezette straat zit de schrik er goed in. “Het was rond 21.15 uur toen we de straat uit moesten van de politie”, zegt een straatbewoner. “Ze waren bang dat de honden door de voordeur zouden breken en buiten meer slachtoffers zouden maken. Op de daken zag ik schutters met lampjes op geweren. Zij hebben de honden, die de tuin in waren gevlucht, gedood.”

Dochter

Schuin tegenover het huis van de onfortuinlijke Rotterdammer zoeken mensen steun bij elkaar. “Hij was mijn vader”, zegt de bewoonster van het huis met tranen in haar ogen. “Wij wonen in dezelfde straat.”

Mijn vader is ertussen gesprongen. En nu zijn ze alle drie dood

“Mijn vader was samen met twee American bully’s XL”, vervolgt ze. “De ene was van hemzelf, de andere van mijn dochter. Puppy’s nog maar van negen maanden oud: broer en zus, die bij mijn vader thuis in gevecht met elkaar raakten. Een achterkleinkind dat bij hem was, is hulp gaan halen toen dat begon. Vervolgens is mijn vader ertussen gesprongen. En nu zijn ze alle drie dood.”

“Hij was een erg lieve vader”, vervolgt de dochter snikkend. “Een man die met iedereen overweg kon. Toen mijn moeder overleed, keek de hele straat naar hem om. Dat zegt wel wat over hoe geliefd hij hier was.”

In shock

Een buurman, die net thuiskomt van een avondje uit, beaamt de woorden van de dochter van de omgekomen Rotterdammer. “Ik sprak hem vanmiddag nog”, reageert hij in shock. “Hij zwaaide in zijn scootmobiel achter het keukenraam altijd naar voorbijgangers. Dan maakten we een praatje. Nu kan dat nooit meer.”