
Typhoon vond het te ver gaan om zijn optreden op Zwarte Cross af te zeggen vanwege de omstreden eigenaar KKR. De rapper zegt in een interview met AD-magazine Mezza dat hij liever met de organisatie in gesprek wilde gaan.
“Ik probeer altijd met iedereen in gesprek te gaan. Om te verbinden”, zegt Typhoon. “Want uitsluiten is iets wat ik mijn hele leven al ken. Door mijn kleur.”
De 41-jarige artiest kwam in 2016 in het nieuws nadat hij, net als een aantal andere zwarte BN’ers, staande was gehouden omdat hij in een dure auto reed. “Dat is een mediarel geworden waarmee diverse politici zich bemoeiden. Cancelen voelt voor mij daarom als een heel rigoureuze, vergaande stap.”
Andere artiesten, waaronder headliner Goldband, besloten wel om Zwarte Cross af te zeggen. Reden daarvoor was de overname van het moederbedrijf van het festival door de Amerikaanse investeerder KKR. Dat bedrijf zou investeren in defensiebedrijven die wapens leveren aan Israël.
Typhoon snapt de keuze van die artiesten. “Maar ik wilde praten met de organisatie om mijn mening te geven. Het is onmogelijk om met zoveel leed in Gaza langs de zijlijn te blijven staan. Naast artiest ben ik ook mens.”
De rapper koos ervoor om tijdens zijn optreden een rood shirt van Amnesty International met de tekst “Nobody is free until everybody is free” (niemand is vrij totdat iedereen vrij is) te dragen.